Aan het eind van zijn bedank-speech heeft de zwarte regisseur van de Oscar winnende film '12 Years a Slave' - Steve McQueen - verteld dat hij de film niet alleen aan alle mensen opdraagt die slavernij hebben ondergaan, maar ook aan de 21 miljoen (!) mensen die vandaag de dag nog steeds in slavernij leven.
Wat heeft dit feit met Afro Latin dansen te maken?
De populaire Afro Latin danssoorten zoals salsa, maar ook de merengue, bachata, zouk en kizomba hebben allen de slavernijhandel in het VOC tijdperk als oorsprong. Terwijl ze onderdrukt werden hebben de slaven toch manieren gevonden om hun culturele erfgoed en religieuze uitingen te mengen met die van de overheersers. Dat hebben ze voornamelijk gedaan door de muziek en dans van de blanke kolonisten zodanig aan te passen dat er nieuwe vormen ontstonden.
Dat was toen. Maar is er ook slavernij in de huidige (globale) Afro Latin dansindustrie?
Jazeker!
Slaven van de eigen Onkunde
Op sociale media kun je veel voorbeelden lezen van feestorganisatoren, dansschoolhouders en entertainment bureau's die hun artiesten (bands, DJ's, dansdocenten, entertainers & performers) niet het van tevoren afgesproken bedrag betalen. En sommigen krijgen zelfs helemaal geen eurocent betaald! Dit komt omdat de afro latin circuit nog steeds heel erg 'zwart' is, en ook omdat men weinig met contracten werkt.
Slaven van de eigen Ego
Veel mensen die een volledige baan hebben werken in de afro latin entertainment als 'vrijwilligers'. D.w.z. dat ze bijna tot helemaal geen financiële compensatie krijgen voor hun diensten. Het voor de klas staan, spelen in een band, muziek draaien, optreden voor een danspubliek en het helpen promoten van feesten geeft hen (blijkbaar) genoeg voldoening.
Maar dit zijn niet de echte slaven...
De echte slaven zijn de professionals die mede door de gratis diensten van deze liefhebbers zich gedwongen voelen steeds minder te vragen voor hun eigen diensten. En doordat de professionals steeds bezig zijn om hun eigen inkomsten te redden ontstaat er als gevolg daarvan een verdere versplintering van de scene.
Internationaal
Veel internationale salsa festivals en congressen draaien omzet door artiesten die zelf hun vervoer en verblijf betalen om te kunnen stralen voor een (groot) publiek. Het geld verdwijnt in de zakken van de deze (gehaaide) organisatoren i.p.v. op de bankrekeningen van de hardwerkende artiesten.
De andere kant van de medaille...
Er zijn veel afro latin dansschoolhouders en feestorga's die hun feesten, dansworkshops, lessen en bootcamps voor een 'habbekrats' aanbieden. Dit doen ze voornamelijk om de steeds groter wordende concurrentie aan te kunnen. Feesten, festivals en congressen draaien daardoor veel verlies. Waarom blijven ze dan in dit vak? Omdat de prestige en de erkenning - liefde voor de dans en de muziek - hele grote 'ego-strelers' zijn. Het gevolg is dat een groot aantal organisatoren hun evenementen toch door laten gaan ondanks weinig voorverkoop. Niet alleen de orga's, maar ook hun artiesten lijden daaronder.
Dus, als je:
- 40 euro betaalt voor een salsa cursus van 10 lesuren,
- 25 euro betaalt voor een bootcamp van 3 uur of meer,
- 8 euro betaalt voor een feest met aan het begin een gratis dansworkshop, optredens van showteams en meerdere DJ's,
- 50 euro betaalt voor een (mini) festival met meerdere dansdocenten, DJ's en optredens,
- 15 euro betaalt voor een feest met workshop(s), DJ's en/of een (gerenormeerde) band,
denk dan aan Solomon Northup: de vrije man die in de film Twelve Years a Slave wordt ontvoerd en verkocht als slaaf. Hij vocht niet alleen om in leven te blijven, maar ook om zijn waardigheid te (be)houden.